donderdag 24 mei 2012

Corralito


‘¿Zullen we in Spanje een corralito beleven?’ vroeg Ana me nadat we naar verontrustende berichten op het journaal hadden gekeken. Verbaasd keek ik haar aan. Corralito? Nooit van gehoord. Het bleek een bekende term in de Spaanssprekende landen te zijn. Het komt van Argentinië, het jaar 2001, toen de Argentijnse regering de peso loskoppelde van de dollar en alle banktegoeden bevroor om een kapitaalvlucht te voorkomen. We hadden het nu dus over iets dat we tot nu toe niet voor mogelijk hadden gehouden. Dat Spanje uit de euro gaat. Daar zou ik als leraar economie eigenlijk een glashelder beeld van moeten hebben.

Ach ja, de economische wetenschap. Een gedragswetenschap, zo leg ik mijn studenten altijd uit. En zeker geen exacte wetenschap. Want het gedrag van mensen is in wezen onvoorspelbaar. En zeker als je zelf deel uitmaakt van hetgeen je onderzoekt. Het gedrag van konijnen kun je als mens bijvoorbeeld redelijk objectief bestuderen. Maar stel dat een konijn het gedrag van konijnen zou bestuderen. Dan zou dat konijn, als het zelf over veel wortels zou beschikken, al snel concluderen dat het voor de konijnenpopulatie als geheel nu eenmaal het beste is als de zwakkeren het onderspit delven en de sterken overblijven om zich vooral veel voort te planten. Zou het konijn zelf over weinig wortels beschikken dan wordt een theorie van een eerlijker verdeling van de wortels en de voortplanting waarschijnlijker. Mijn studenten reageren meestal verward op dit verhaal. ‘Wat hebben we nou voor een idioot voor de klas staan?’ zie je ze dan denken.

Nee, in de economie bestaan geen absolute waarheden. Al hoor je die wel vaak verkondigd worden. Bijvoorbeeld dat de ‘markt’ altijd gelijk heeft. De grootst mogelijke onzin. Dat blijkt toch wel uit de huidige crisis. En dat bleek al tijdens de tulpenmanie in de 17e eeuw in Holland. Toen werden er kapitale bedragen betaald voor tulpen. Tot die markt uiteenspatte. Net als nu de markt van onroerend goed. De markt laat zien dat veel mensen vaak achter elkaar aan rennen, ook als eigenlijk wel duidelijk is dat het de verkeerde richting is. ‘We zijn in oorlog met de markten,’ is een andere waarheid die ik wel hoor verkondigen. Vreemde zaak. Waarschijnlijk wordt er gedoeld op de grote spelers op de markt. De mensen willen graag iemand de schuld kunnen geven. De bankiers bijvoorbeeld. Of de kredietbeoordelaars. Standard & Poor´s, Moody´s en Fitch behoren nu in Spanje misschien wel tot de meest gehate instituten. Voor een deel lijkt dat onterecht. De boodschapper van het slechte nieuws krijgt de schuld. Je hoeft niet bepaald een geniale econoom te zijn om een land met een werkloosheid van 24% en enorme binnenlandse schulden minder kredietwaardig te achten, zeker als het taboe op het verlaten van de eurozone wordt opgeheven. Maar de kredietbeoordelaars geven niet alleen een beoordeling (waarbij ze in het verleden de nodige blunders hebben gemaakt, overigens), maar doen ook aanbevelingen. En dat doen ze vanuit een bepaalde economische theorie. Die van dat konijn met veel wortels. Er moet bezuinigd worden. Zelfs op onderwijs. Ontslagen. Gesaneerd. Geprivatiseerd. En als de huidige regering dat dan doet en dat niet het gewenste effect heeft, nou, dan verlagen ze de status van Spanje gewoon weer. Want natuurlijk kijken ze niet echt naar het beleid, maar gewoon naar het resultaat: de werkloosheid, de tekorten, de schulden.

Enfin, die avond na het nieuws zaten we dus te bomen over de toekomst. Spanje de euro uit? Terug naar de peseta? Zal het daarna beter gaan? Spanje zal dan goedkoper worden voor het buitenland, maar de koopkracht zal dalen. En Nederland? Euro´s of terug naar de gulden? En wat zou dat allemaal voor ons betekenen? Het werd ons bang te moede.

donderdag 10 mei 2012

Efficiënt vergaderen


‘¿Gaan we?’ vroeg Ana. Met tegenzin legde ik mijn boek op de tafel en trok mijn schoenen aan. Aan vergaderen heb ik altijd een bloedhekel gehad, of het nou schoolvergaderingen betrof of algemene ledenvergaderingen van de voetbalclub. En deze vergadering zou voor mij wellicht moeilijk te volgen zijn. Vol technische en financiële details. De vergadering van de comunidad de los vecinos. De vereniging van eigenaren van onze flat. In Nederland heb ik nog nooit zo´n vergadering bijgewoond. Ik heb altijd gehuurd bij een woningbouwvereniging. Dat was eigenlijk best wel praktisch. Weinig gezeur aan je hoofd. Door de overheid geregelde huurstijgingen. Als er iets echt stuk was dan belde je de technische dienst. Hier in Spanje is het sociale huren veel zeldzamer. De meeste mensen kopen een huis. Dat heeft bij het uitbreken van de crisis nog voor heel wat problemen gezorgd. Zeer veel mensen konden hun hypotheek niet meer betalen en liepen zo een erg hoge schuld op, terwijl het huis zelf in waarde daalde. Een huurschuld loopt minder snel op. Wellicht dat de uitgebreide sociale huursector een uitstekende buffer vormde bij het uitbreken van de kredietcrisis in Nederland.

‘¿Waar gaan we eigenlijk vergaderen?’ vroeg ik Ana toen we in de lift stonden. ‘Beneden,’ antwoordde ze. Ze drukte op de de knop met het minteken en vervolgens op de één. De lift zette zich in beweging. ‘Ik kan natuurlijk ook alvast wat kopen voor la cena (avondeten) terwijl jij vergadert, lekker cecina (een soort runderham, een regionale specialiteit) bijvoorbeeld,’ probeerde ik. Ze trapte er niet in. ‘Daar hebben we na de vergadering nog best tijd voor.’ We stapten de lift uit en kwamen bij de parkeergarage onder onze flat uit. Tot mijn verbazing stonden de overige buren daar al in een kring opgesteld. Zouden we echt in de parkeergarage gaan vergaderen?

We vergaderden daadwerkelijk in de parkeergarage. Het was er niet warm. De meesten van ons hadden hun winterjassen aan. Het ging over onderhoud, schoonmaak, reparaties, de financiën, enfin, de zaken waar je als eigenaren van gemeenschappelijke ruimtes nu eenmaal over moet vergaderen. Maar de locatie was echt wat ongelukkig gekozen. Zo af en toe moest de kring van vergaderaars verbroken worden omdat er een auto de parkeergarage binnen kwam gereden. Vervolgens moest die persoon onder toeziend oog van de hele goegemeente in de kleine ruimte de auto parkeren, om daarna met een schuldig gezicht, vanwege het niet aanwezig zijn bij de vergadering of misschien wel vanwege de slordige parkeertechniek, zich naar de deur te begeven. Een vergadering staand in een koude ruimte met onderbrekingen vanwege auto´s die in- of uitparkeren en af en toe het geluid van stromend water in het buizenstelsel als één van de buren boven het toilet had bezocht heeft één groot voordeel: er worden geen onnodige vragen gesteld. ‘Nou, dat viel toch best mee?’ vroeg Ana toen we even later bij de vleeswarenafdeling van de supermarkt La Familia op onze beurt stonden te wachten.

Misschien zou de anekdote over deze vergadering nooit de pagina´s van dit blog gehaald hebben, als we maanden later niet in één of andere stad, ik geloof Salamanca, met de auto voor een stoplicht hadden gestaan toen er in het gebouw langs de straat de deur van een parkeergarage openging. In de parkeergarage stond een groep mensen in een kring met elkaar te praten. ‘Kijk, een vergadering van de comunidad de los vecinos,’ constateerde Ana. Verbaasd keek ik haar aan. ‘¿Maar vinden die vergaderingen dan altijd plaats in parkeergarages?’ ‘Ik geloof het wel.’ Ik was er nog niet eens helemaal van overtuigd dat ik hier iets ´typisch Spaans´had aangetroffen tot er weer een paar weken later op de televisie een journaalitem te zien was dat ging over het feit dat comunidades de vecinos vanwege de crisis niet genoeg geld bij de leden kunnen ophalen, waardoor er veel noodzakelijk onderhoud achterwege blijft. Terwijl de voice-over deze droevige mededelingen deed, waren er beelden te zien van een groep mensen die in een parkeergarage stonden te vergaderen. Een voor alle Spanjaarden herkenbaar beeld, blijkbaar. En zover ik weet ik in Nederland zeer ongebruikelijk. Maar misschien wel iets om te imiteren. Wil je kort en efficiënt vergaderen? Doe dat in een parkeergarage!


 (het hele journaalitem is HIER te zien op, vanaf minuut 34.50 ongeveer)