Het is
woensdag 20 maart. De eerste officiële lentedag. Ik kijk uit het raam en zie de
ochtendzon op de besneeuwde toppen van de Montes Aquilianos schijnen. Dit is
een ideale dag voor een mooie wandeling daar ergens in de bergen. Maar best
druk vandaag. Vanmorgen geef ik Engelse les aan huis. Vanmiddag heb ik zoals
elke woensdag drie groepen kinderen. Alsof er sprake is van telepathie ontvang
ik op dat moment een sms’je van de ochtendcursist. ‘ Ik kan vandaag helaas
niet. Maar morgen wel hoor.’ Ergens wel jammer. Nog nooit in mijn lange
carrière in het onderwijs heb ik een enthousiastere leerling gehad. Maar zijn
afmelding geeft me een vrije ochtend vol mogelijkheden. Ik trek mijn
sportschoenen aan, steek mijn verrekijkertje in mijn zak en verlaat het huis.
Omdat de
rivier Sil ’s morgens aan de schaduwzijde van de heuvelrug El Pajariel ligt, is
het hier niet zo warm als het uitzicht uit het raam vanmorgen beloofd heeft.
Het paadje langs de rivier staat deels onder water. Het heeft veel geregend,
deze winter. Me vasthoudend aan de wilgentakken zoek ik me sluip-door-kruip-door
een weg tussen de steile helling en de snelstromende rivier. Af en toe sta ik
stil om te luisteren naar het getwitter en gezang van de vele vogeltjes. Ook
zij vieren deze eerste lentedag uitbundig.
Als ik op de
terugweg naar huis langs café Gijón loop, kijk ik even naar binnen of het er
druk is. Niet dus. Ik duw de deur open, pak El Diario de León van de toog en
zet me aan een tafeltje. De bardame komt al snel naar me toe en zet met een
glimlach een kopje café con leche neer. Bestellen is hier niet nodig. We kennen
elkaar. Op het raam van het café naast de deur hangt nu al maanden onze
advertentie: English for All. Af en toe van de koffie nippend begin ik de krant
te lezen.
Het is het
gebruikelijke nieuws, zo stel ik vast. Economische crisis en corruptiezaken. De
heisa rond de nieuwe burgemeester van Ponferrada is al wat weggeëbd. Ik begin
te lezen over ‘el caso Bárcenas’. Alle corruptiezaken hebben een eigen naam die
begint met het woord caso: de zaak. El caso Noos, el caso Gürtel, el caso de los ERE, het zijn er vele. Bárcenas is de oud-penningmeester van de
regerende partij El Partido Popular. De man is nogal in opspraak gekomen
vanwege, jawel, el caso Gürtel (vele casos zijn onderling verbonden) en bij het
onderzoek hierna werd ontdekt dat hij een geheime bankrekening had in
Zwitserland met zo´n slordige €22 miljoen erop. Onlangs werd zijn
schaduwboekhouding gelekt aan El País. Het was ontluisterend. Veel belangrijke
leden van de PP, waaronder waarschijnlijk Rajoy zelf, ontvingen aan het eind
van de maand een goedgevulde envelop als aanvulling op hun salaris. Un
sobresueldo wordt dat extraatje in de kranten genoemd. Als er in Spanje aan één
ding geen gebrek is, dan is het toch wel aan banken. Een maandelijkse betaling
in cash is dus wel heel erg verdacht. Toegegeven: ook ik krijg voor mijn
privélessen cash betaald en een enkele keer zelfs in een envelop. Bij het
overhandigen daarvan zijn gniffelende toespelingen op de caso Barcenás
onvermijdelijk.
Ik lees het
artikel half uit en leg de krant dan weg. Genoeg van al die ellende. Het is
lente, potjandorie. Voor me uit starend denk ik aan de lessen die ik vanmiddag
aan de kinderen moet geven. Het is eigenlijk meer spelen dan lesgeven. Met een
glimlach denk ik terug aan de les van de vorige week aan het groepje van 12
-jarigen. We hebben de kinderen wijs gemaakt dat ik geen Spaans spreek om ze te
dwingen Engels te praten. Dat gaat natuurlijk bijzonder moeizaam. En dit
groepje van vier vlotte meiden probeert mij nu Spaans te leren, zodat de
communicatie wat makkelijker gaat. ‘¡Hello is Hola!’, riepen ze vorige week,
‘¡¡Hola!!’ Ik hield me van de domme en zei: ‘Yes, I know, ¡Helado!’, hierbij
refererend aan het ijsmerk Ola, maar dat ontging de meiden. ‘No, no, no, not
helado. ¡¡Hola!! ¡¡¡Hola!!!’ Tot hun grote wanhoop vertaalde ik steeds weer
Hello! met ¡Helado! of varianten daarop zoals ¡Holado! Vandaag zal ik de les
gaan beginnen met: ‘¡Helado, chicas!’ Als in een verre toekomst El Bierzo
bekend staat als de streek waar ze je begroeten met een woord dat lijkt op
helado, dan heb ik hier in elk geval iets blijvends achtergelaten. Met deze
fijne positieve gedachte sta ik op, leg een euro op de toog en verlaat het café
met een warme groet die in niets lijkt op ijs of welke andere etenswaar dan ook.