woensdag 25 april 2018

Fouten en leugens

Een tijd geleden ging op zondagochtend eerst langs de kiosk om El País te kopen en vervolgens naar de bakker hier in de straat voor wat croissants. Terwijl hij de verse croissants in een papieren zak stopte keek de bakker naar de krant onder mijn arm en zei: ‘En nu lekker een kop koffie met croissants en een krant ……maar daar staan alleen maar leugens in, hoor.’ Ik keek hem verbaasd aan. Eigenlijk heb ik best vertrouwen in de Spaanse journalistiek. Zowel El Mundo als El País, de twee grootste landelijke kwaliteitskranten, pakken de corruptiezaken hard aan en doen daadwerkelijk aan onderzoeksjournalistiek in deze kwesties. Goed, soms laten ze naar mijn smaak hun politieke voorkeuren iets te veel doorschemeren in hun nieuwsartikelen, vooral als het over de binnenlandse politiek zoals de Catalaanse kwestie gaat. Terwijl ik met de krant en croissants naar huis liep, nam ik me voor om eens een tijdje bij te houden in hoeverre de berichtgeving correct was over een onderwerp waar ik relatief veel verstand heb: Nederland.

Ik beperkte mijn kleine onderzoek tot El País, El Mundo en El Diario de León, omdat ik die kranten nu eenmaal regelmatig lees.
Over El Diario de León kan ik kort zijn: daarin wordt nauwelijks bericht over Nederland.  Die krant lees je voor het lokale nieuws. Eigenlijk was de berichtgeving over Nederland in El Mundo en El País over het algemeen erg correct. Beide kranten beschikken over journalisten ter plaatse die zich goed inlezen. Vergeleken met alle troep die circuleert op Facebook, Twitter en zelfs WhatsApp zijn deze kranten oases van betrouwbare berichtgeving te noemen. Toch volgt hier de top drie van fouten of leugens die ik de afgelopen maanden heb gevonden.

Op nummer drie
Veel fouten worden er gemaakt met de namen van Nederlanders zoals die van Dijsselbloem. Het is te begrijpen. Zelf doe ik dat ook met Spaanse namen. Laatst schreef ik over films en toen ik, zoals te doen gebruikelijk, het stuk voorlas aan mijn vrouw wees ze me er fijntjes op dat ik de namen van de twee belangrijkste Spaanse regisseurs, Amenábar en Almodóvar, lichtelijk verhaspeld had.  Toch vond ik de fout in de column Líderes sin partidos (leiders zonder partijen) in El País vermakelijk. Het stuk gaat over charismatische politici die dankzij hun jeugdige en daadkrachtige uitstraling goede verkiezingsresultaten weten te boeken zoals Jesse Kleber. Tussen Klaver en Kleber zit natuurlijk nogal een verschil. Mijn vermoeden is dat de columniste naar een Engelse zender heeft geluisterd waarop Klaver wellicht als Klever wordt uitgesproken . Mijn tip aan de schrijfster: lees de kladversie hardop voor aan je partner, tenminste, als die verstand van zaken heeft.

Op nummer twee
Veel erger vond ik dit bericht. ‘Nederland rebelleert tegen de wet die het verplicht stelt om organen te doneren’ luidt de kop. Maar liefst twee fouten. Van een rebellie was geen sprake en natuurlijk is het niet verplicht om je organen te doneren. Je kunt het gewoon aangeven als je daar bezwaar tegen hebt, en ook de nabestaanden kunnen een donatie eventueel tegenhouden. Het gekke is dat ik deze kop niet heb weten terug te vinden op internet. Daar luidt de kop: Nederland rebelleert tegen de donorwet.  (voor mensen die het Spaans machtig zijn: de link is HIER)
Het artikel zelf is overigens veel genuanceerder. Daarin staat goed uitgelegd hoe de wet werkt en dat zo’n 30.000 mensen onmiddellijk hebben laten registreren dat ze geen organen ter beschikking stellen na de dood. Misschien dacht de koppenmaker dat 30.000 mensen in zo’n klein landje als Nederland een menigte is. Meer waarschijnlijk is dat hier een persoonlijke mening in de krantenkop doorschemert.


Op Nummer één!!!




Weer in El País. Het artikel waar ik me het meest aan ergerde was Alicia en la Bélgica de las Maravillas, misschien het best te vertalen met Alice in WonderBelgië. (HIER ) Het is geen nieuwsartikel maar een ingezonden opinie van een Europarlementariër van de regerende Partido Popular en een Spaanse historica over de Catalaanse president Puigdemont, die naar België was gevlucht. De subkop luidt: Puigdemont heeft voor steun één van de centra van de traditionele hispanofobie gekozen. Naast Engeland zou dat België moeten zijn. Ik begon dit artikel te lezen waarbij ik vanzelfsprekend nieuwsgierig was waarom België dan wel zo hispanofobisch zou zijn. Het artikel maakt melding van het beleg van Breda tijdens de 80-jarige oorlog. Goed, een foutje, ze denken wellicht dat Breda in België ligt, maar indertijd lagen de grenzen niet zo vast. En even verderop beschrijven ze dat de haat van vooral de Vlamingen tegen de Spanjaarden voort zou komen uit de Spaanse troepen die daar vochten tijdens de tachtigjarige oorlog. Al lezend kreeg ik het vermoeden dat de schrijfsters België met Nederland verwarden, hoewel ik evenmin in Nederland veel hispanofobie ben tegengekomen. Misschien dat in sommige Nederlandse protestantse kringen nog steeds laatdunkend over de Spaanse troepen wordt gesproken, maar in het zo katholieke België toch zeker niet? Het gebeurt overigens wel vaker, merk ik, dat Nederland en België met elkaar verward worden. Ik kan het me best voorstellen. Maar dit artikel is geschreven door een Europarlementariër die waarschijnlijk in België woont, en een historica die gespecialiseerd is in hispanofobie. Vooral die laatste zou beter moeten weten. Zou zij echt een wetenschappelijk onderzoek hebben verricht waaruit bleek dat België hispanofobischer is dan Nederland, Duitsland of Denemarken? Ik vrees van niet. Volgens mij is dit een beroerd artikel dat zich baseert op pseudowetenschappelijke argumenten om Spanje in een slachtofferrol te manoeuvreren. Een welverdiende eerste plaats!


Geen opmerkingen:

Een reactie posten